Zonder extra budget, meer Statushouders aan het werk

_MG_3745.JPG

‘Zodra we budget beschikbaar hebben, willen we zeker van jouw aanpak, ervaring en netwerk gebruik gaan maken’. De laatste tijd hoor ik deze opmerking vaak. Waar ik voorheen, deels uit enthousiasme, deels uit frustratie, me door een dergelijke uitspraak liet verleiden de discussie aan te gaan, is mijn reactie inmiddels een vriendelijke glimlach. Wat mij betreft zou de vraag niet moeten zijn hoe we extra financiële middelen vinden om meer Statushouders aan werk te helpen en zodoende onafhankelijk van de uitkering te maken. 

Zolang er geen extra budgetten voor handen zijn, zou mijns inziens de vraag moeten zijn hoe we met de huidige middelen meer impact genereren en tot betere resultaten komen. Bedenk ik hierbij dat de besparing op de uitkeringspot voor iedere Statushouder die aan betaald werk wordt geholpen, zo’n 17.000 euro op jaarbasis bedraagt, dan lijkt me, zelfs al ben je geen rekenwonder, de rekensom snel gemaakt.

Deze gedachte kwam onlangs weer bij mij op toen ik gevraagd werd mijn blik op het CV van een Syrische jongeman te werpen. Ik las dat deze jongen in het bezit was van een diploma dat door het IBW gelijk werd gesteld met HBO Accountancy. Hiernaast had hij ruim acht jaar werkervaring opgedaan waarbij hij te maken had met salarisadministratie (voor een fabriek met een kleine 1.000 medewerkers), voorraadbeheer, audits, maken van financiële rapportages en jaarrekeningen, debiteuren- en crediteurenbeheer en supply chain management.

Met het beeld van wat de man in Syrië had gepresteerd, was ik nieuwsgierig naar wat hij in Nederland al had gepresteerd. Ik las dat hij zich direct had ingespannen om het Nederlands onder de knie te krijgen en hiernaast zo’n twee jaar werkervaring had opgedaan. Hij had gewerkt als algemeen medewerker binnen een kringloopwinkel, als fietsmonteur en als hulpje in de keuken bij een restaurant.

In mijn ogen zijn de baantjes die hij hier heeft gedaan best opmerkelijk te noemen wanneer je naar zijn achtergrond kijkt, nietwaar? Ik vroeg hem dan ook naar het verhaal hierachter. Hierop vertelde hij mij dat alledrie de baantjes via de gemeente waren verkregen. Met behoud van uitkering kon hij zo werkervaring opdoen, zijn Nederlands verbeteren en de kans op betaald werk in de toekomst vergroten. ‘En?’, vroeg ik, en ik geef toe, naar de bekende weg.

Hij haalde zijn schouders op. Bij alledrie de baantjes werkte hij voornamelijk met andere nieuwkomers of stond hij alleen. Hoewel de werkomgeving altijd enthousiast was over zijn inzet, zat er nooit een stap naar betaald werk in en werd hij ook nergens geholpen aan contacten die mogelijk wel tot een duurzame baan zouden leiden.

Het meest verdrietige vond ik nog wel dat hij de consulenten, jobcoaches, en accountmanagers, die hem keer op keer vertelden dat het moeilijk zou worden om hier een baan binnen zijn vakgebied te vinden. Dit vanwege de taal en omdat er in Syrië met totaal andere boekhoud-, salarisadministratie- en softwarepakketten wordt gewerkt.

Ik besloot een aantal relaties in mijn netwerk, die actief binnen de financiële dienstverlening werken, te bellen. Stuk voor stuk, of ze nu een eigen accountantskantoor hadden, als Financial werkten bij een bank, verzekeraar, retail-keten of  een groot productiebedrijf, bevestigden ze het beeld dat ik had over de actuele vraag die nu in de markt speelt en de mogelijkheden die er gerealiseerd zouden kunnen worden.

Waarom hebben ze deze man niet direct kennis laten maken met softwarepakketten als Excel, SQL, VBA, Access, Hyperion, Cognos? Waarom hebben ze hem niet een korte (zelf) studie laten doen waarmee hij zijn kennis had kunnen actualiseren en meer naar de Nederlandse markt had kunnen transformeren? Waarom was hij bij de kringloopwinkel, de fietsenmakerij en het restaurant niet, op zijn minst, betrokken bij de financiële administratie? 

Alleen ik heb inmiddels al tientallen cv’s van professionals die naast het label ‘Statushouder’ ook de titel ‘Financial’ dragen. Stuk voor stuk zitten deze potentiële krachten thuis, doen ze wat vrijwilligerswerk of voeren ze op dringend verzoek van hun gemeente, met behoud van uitkering, werk, meestal met de handen, uit dat enorm ver weg staat van hun ambitie, genoten opleiding en opgedane ervaring.

Geloof me, hoewel ik ervan overtuigd ben dat je dit inmiddels ook zelf bedacht hebt, dat extra financiële middelen echt niet gaan helpen om dit soort situaties te gaan verhelpen en voorkomen, zolang in de uitvoering dezelfde keuzes gemaakt blijven worden. Laten we, juist nu we het economisch tij en de arbeidsmarkt mee hebben, met elkaar kijken of we met elkaar tot betere keuzes kunnen komen. Dit vraagt, veel meer dan extra budget, aandacht, maatwerk, inzicht in wat de markt vraagt en te bieden heeft en roept op tot afstemming, samenwerking en verbinding.

Ik voorspel dat dit niet alleen waardevollere en duurzamere resultaten gaat brengen, maar de processen en trajecten ook leuker en meer energie gaan geven.